Raad van de EU-ministers van Europese Zaken:
Met het oog op de COVID-19-varianten pleit België voor een gecoördineerde aanpak van het grensbeheer
Op maandag 18 januari heeft vice-eersteminister en minister van Buitenlandse en Europese Zaken Sophie Wilmès samen met haar ambtsgenoten deelgenomen aan de Raad Algemene Zaken van de Europese Unie, die via videoconferentie werd gehouden. De vergadering was voor België onder meer een gelegenheid om het nieuwe Portugese voorzitterschap te verwelkomen en om een gecoördineerde Europese aanpak bij het beheer van de COVID-19-epidemie te blijven verdedigen.
Portugees voorzitterschap
Portugal is sinds 1 januari voorzitter van de Raad van de Europese Unie en blijft dat tot juni aanstaande. Tijdens deze eerste bijeenkomst van de Europese ministers in 2021 kon het Portugese voorzitterschap zijn prioriteiten voor de komende maanden uiteenzetten.
Sophie Wilmès licht toe: “De uitvoering van de Europese begroting, het herstelplan Next Generation EU en de Green Deal zullen uiteraard bovenaan de agenda van het Portugese voorzitterschap staan. Dat is essentieel omdat deze instrumenten de motor zijn voor de periode na de crisis. Maar ik ben blij dat in dit programma ook sterk de nadruk wordt gelegd op sociale zaken, in het vooruitzicht van een Top in Porto in mei dit jaar. België deelt met Portugal de wens om een sterk sociaal Europa te creëren dat zich bezighoudt met het welzijn en de bescherming van de rechten van de Europese burgers, of het nu gaat om werkgelegenheid of om sociale bescherming. Dit is een fundamentele dimensie van het Europese project zoals wij dat zien.”
Bestrijding van de COVID-19-epidemie
Ter voorbereiding van de virtuele Europese Raad van 21 januari hebben de Europese ministers de balans opgemaakt van de gezondheidssituatie in Europa. De vice-eersteminister benadrukt dat de Europese autoriteiten hard werken om snel vaccins beschikbaar te hebben in de hele Unie. “Het lijdt geen twijfel dat geen enkele lidstaat alleen een dergelijk resultaat had kunnen bereiken. Erger nog, een gebrek aan solidariteit in dit dossier had vernietigend kunnen zijn voor de cohesie tussen de partners”, aldus Sophie Wilmès. Zo heeft ze de Europese Commissie opgeroepen om de groepsaankoop van vaccins zoveel mogelijk te versnellen en daarbij de grootst mogelijke transparantie aan de dag te leggen.
Wat de afgifte van een vaccinatiecertificaat betreft: vicepremier Sophie Wilmès waardeert het technische werk dat al is gedaan, maar heeft eraan herinnerd dat dit certificaat geen afbreuk mag doen aan de individuele vrijheden of de grensoverschrijdende mobiliteit. Dit document kan niet leiden tot discriminatie tussen Europese burgers wanneer er geen algemene toegang is tot vaccins.
België heeft zich bij monde van zijn vice-eersteminister nogmaals bereid verklaard deze Europese coördinatie te intensiveren voor wat het grensbeheer betreft rond en binnen Europa. “Gezien de opkomst van varianten van het virus is het niet alleen van essentieel belang de vaccinatiecampagne in heel Europa te versnellen, maar ook gecoördineerd op te treden qua maatregelen rond het vrije verkeer. We zouden er veel baat bij hebben als we onze regels voor de toegang tot het grondgebied zoveel mogelijk zouden harmoniseren, bijvoorbeeld wat test- en quarantaineverplichtingen betreft. Nu de krokusvakantie eraan komt, gaat de kwestie van de toegang tot de skigebieden (hotels, verhuur, skiliften, …) ons allen aan. Ik hoop dat de juiste aanpak zal worden gevonden voor de problemen waarmee we te maken hebben.” De vicepremier heeft daarom de Europese Raad verzocht om nu donderdag een gezamenlijk en gecoördineerd besluit te nemen.