Ter gelegenheid van de Internationale Dag van de Mensenrechten herhalen vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès en minister van Ontwikkelingssamenwerking Meryame Kitir dat België zich inzet voor de bescherming en bevordering van alle mensenrechten voor iedereen.
De beginselen van gelijkheid en non-discriminatie vormen de kern van de mensenrechten. Beide ministers scharen zich dan ook achter het standpunt van de Hoge Commissaris voor de mensenrechten van de VN, Michelle Bachelet : “Dit betekent dat wij onze diversiteit aanvaarden en eisen dat iedereen zonder discriminatie wordt behandeld. ”
Voor minister Wilmès “maken mensenrechten deel uit van onze Belgische identiteit. De universaliteit, de ondeelbaarheid en de onderlinge afhankelijkheid van mensenrechten, die elkaar versterken, zijn de basisprincipes van ons optreden, zowel in ons intern beleid als op het internationale toneel. Mensenrechten zijn geen gunst die staten verlenen. Ze zijn een verplichting voor iedereen, altijd. We beschermen en bevorderen de inherente rechten van iedereen, ongeacht hun ras, godsdienst of overtuiging, geslacht, genderidentiteit of seksuele geaardheid.”
De COVID-19-pandemie, en de sociaaleconomische gevolgen ervan, zet mensenrechten onder druk en al bestaande ongelijkheden en discriminatie worden nog verergerd. In veel landen is er een negatieve impact op democratie en Rechtsstaat, economische en sociale rechten maar ook burgerlijke en politieke rechten. De druk op vrouwen en mensen in kwetsbare situatie neemt toe.
In deze moeilijke context blijft België zich sterk inzetten voor de mensenrechten, niet alleen bilateraal, maar ook binnen de Europese Unie en in internationale fora. De inspanningen van de Belgische diplomatie en ontwikkelingssamenwerking ten gunste van de gelijkheid van vrouwen en mannen en de rechten van vrouwen en meisjes worden onverminderd voortgezet. Gendergelijkheid kan enkel worden bereikt indien seksuele en reproductieve rechten worden gewaarborgd, met inbegrip van toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidsinformatie en -diensten. Op het Generation Equality Forum, dat in juli 2021 door UN Women werd georganiseerd, heeft ons land zich als Pledge-holder aangesloten bij de coalitie van actie tegen gendergerelateerd geweld en de coalitie van actie inzake lichamelijke autonomie.
Het Belgische engagement blijkt ook uit de keuze van het Bureau van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de Mensenrechten (OHCHR) als partner voor de Belgische ontwikkelingssamenwerking, met een bijdrage aan het kernbudget van 2,5 miljoen euro per jaar, en aan vier OHCHR-landenkantoren in Palestina, Guinee, Oeganda en de DRC. Buitenlandse Zaken verleent aanvullende financiële steun van bijna 1 miljoen euro aan de afdeling democratie en Rechtsstaat van het OHCHR en aan het project “Harnessing the Digital Potential for Human Rights”.
Minister Kitir : “Mensenrechten en democratie staan wereldwijd zwaar onder druk. We zien dat in onze partnerlanden, maar even goed dichter bij huis. Democratie en mensenrechten beperken zich niet tot mooie woorden en het louter organiseren van verkiezingen. Ze vormen de basis van een samenleving, elke dag. Het middenveld speelt een cruciale rol om mensenrechten te beschermen. Ik zal daarom blijven investeren in middenveldorganisaties die opkomen voor de bescherming en bevordering van mensenrechten en democratie, maar ook organisaties die mensenrechtenactivisten in bescherming nemen. Want zij maken hét verschil vandaag.”
België zet daarom in op samenwerking met ontwikkelingspartners in een aantal partnerlanden die werken rond het bevorderen en beschermen van de ruimte voor het middenveld, voor de bescherming van mensenrechtenverdedigers en voor de uitvoering van de mensenrechtenengagementen die landen internationaal hebben aangegaan.
De Belgische ontwikkelingssamenwerking zal 8 projecten ondersteunen in 3 partnerlanden (Oeganda, Rwanda en Tanzania) die door hun acties de ruimte voor het lokaal middenveld moet beschermen, burgerparticipatie – in het bijzonder van achtergesteld en kwetsbare groepen – moet bevorderen en transparantie moet versterken. Meer specifiek gaat het om projecten rond het bevorderen van transparantie in de mijnbouwsector (IPIS, Tanzania), van de burgerparticipatie en vrijheid van meningsuiting (BBC Media, Tanzania), van de versterking van de burgerparticipatie van LGBTI-gemeenschappen , van de burgerparticipatie van vrouwelijke marktverkoopsters (APT, Oeganda), van versterken van informatie en participatie via radiocampagnes (TRAC FM, Oeganda), van de participatie van vrouwen rond dialoog en conflict (FAP, Burundi), van versterkte vertegenwoordiging van de landelijke bevolking (TRIAS, Burundi) en tenslotte de juridische bescherming en versterking van lokale organisaties van de civiele maatschappij (Avocats sans Frontières, Burundi, Oeganda, Tanzania).
Voorts zal de Belgische ontwikkelingssamenwerking projecten financieren van gespecialiseerde internationale NGO’s voor de bescherming van mensenrechtenverdedigers (NGO Defenddefenders in Oeganda, met regionale werking in Oost-Afrika/Hoorn van Afrika) en NGO Protection International in DRCongo). Daarnaast wordt ook één NGO (UPR Info) gefinancierd die specifiek werkt op het bevorderen van de uitvoering van de mensenrechtenengagementen die landen internationaal hebben aangegaan, met een werking in enkele Afrikaanse landen, waaronder de partnerlanden Senegal en DRCongo.
Tot slot hecht België ook veel belang aan de transversale integratie van de mensenrechtenprincipes in de interventies van de Belgische actoren door het toepassen van een holistische mensenrechtenbenadering.