MR heeft een wetsvoorstel ingediend dat tot doel heeft te garanderen dat het rijbewijs van de daders van verkeersongevallen die leidden tot ernstige verwondingen of de dood, als gevolg van te hoge snelheid of rijden onder invloed, wordt ingetrokken tot aan het proces. Sophie Wilmès en Benoit Piedboeuf staan aan de wieg van deze tekst die ook mee ondertekend is door kamerlid Mathieu Bihet.
Sophie Wilmès: “Samen met mijn collega Benoit heb ik dhr Alfio Sardo ontmoet die in 2021 helaas zijn zoon Matthieu verloor bij een verkeersongeval waarbij de bestuurder onder invloed reed. Zijn verhaal heeft ons erg geraakt. We waren zeer verbaasd dat de bestuurder, ondanks de omstandigheden van het ongeval, na twee weken weer kon rijden. Dat hij zo snel zijn rijbewijs terugkreeg, staat niet in verhouding tot de ernst van de situatie. Bovendien zijn er geen aanwijzingen dat de bestuurder de zwaarte van zijn daden inziet of zelfs maar de nodige stappen heeft genomen om ervoor te zorgen dat dit niet meer gebeurt. Ik herinner eraan dat uit de statistieken blijkt dat het recidivepercentage bij verkeersongevallen nog steeds aanzienlijk is. »
Benoit Piedboeuf: “De heer Sardo stelt legitieme vragen die moesten worden beantwoord. Zijn pleidooi vindt des te meer weerklank gezien de tragedies die in het nieuws komen, zoals vorig jaar nog in Strépy-Bracquegnies. Getuigenissen vanop het terrein bevestigen dat een verzoek tot intrekking van het rijbewijs mogelijk is, maar in de praktijk wordt deze methode nog te weinig gebruikt door het parket. Daarom willen wij de duur van de schorsing van het rijbewijs aanzienlijk verlengen.”
Samengevat heeft het wetsvoorstel, zoals hierboven uiteengezet, betrekking op verkeersongevallen die als “zeer ernstig” worden beschouwd, d.w.z. ongevallen met ernstig letsel of de dood tot gevolg, als gevolg van excessieve snelheid (zoals gedefinieerd in de wet) en/of rijden onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen.
Concreet bestaat de tekst uit twee delen.
In het eerste deel verzoeken de auteurs de Procureur des Konings om, na het verstrijken van de periode van vijftien dagen na het ongeval, systematisch een bevel tot verlenging van de intrekking van het rijbewijs van betrokkene te vragen bij de politierechter, voor een periode van maximaal drie maanden, zoals voorzien in de wet en met inachtneming van de rechten van de verdediging.
In het tweede deel roepen de auteurs de Procureur des Konings op om het verzoek om verlenging systematisch te hernieuwen tot de uitspraak in eerste aanleg. De auteurs hebben tevens voorzien dat de duur van de intrekking van het rijbewijs in mindering wordt gebracht op de straf, indien een rijverbod wordt uitgesproken.
De tekst zal nu het wetgevingsproces ingaan.